Verslaafd

Hoe verslaving werkt: wanneer je kijkt naar iets wat God gemaakt heeft, en je verwacht dat dat je geeft, waar het niet voor bedoeld was, raak je óf snel teleurgesteld en je geeft die hoop op, óf je komt steeds weer terug, en zo ga je de weg van verslaving op. Dat geschapen ding zal je een korte en krachtige kick geven, het zal je tijdelijk genot bieden, het zal je een moment van goed gevoel geven, korte tijd zal je voelen dat je iets bent, en het kan zelfs ervoor zorgen dat je problemen even niet zo erg lijken. Het is bedwelmend. Het voelt goed. Het probleem is dat het geschapen ding waar je zo aan hangt je hart geen voldoening kan geven. Daar was het niet voor gemaakt. Het kan je geen innerlijke vrede geven. Het kan je niet de rust van voldoening geven. Het kan jouw hunkering niet vervullen. Kort gezegd: Het kan jouw redder niet zijn. Wanneer je buiten de Redder om zoekt naar iets wat jou moet redden, zal datgene uiteindelijk niet je redder, maar je bezitter worden.

Je zal de korte en krachtige kick heerlijk vinden, maar je vindt het verschrikkelijk dat het maar zo kort is. Daarom moet je snel het nog een keer doen om weer een shot te krijgen. En voordat je het weet heb je veels te veel tijd, energie en geld besteedt aan iets dat je niet kan verzadigen;  maar omdat het je korte tijd steeds wat gaf, ben je ervan overtuigd dat je niet meer zonder kan. Je zit eraan vast en weet het misschien geeneens. Waar je eens naar verlangde, daar ben je nu van overtuigd dat je het nodig hebt, en vanaf het moment dat je het een behoefte noemt, heeft het je te pakken.

Seks geeft zo’n sterk genot, maar het kan je hart geen voldoening geven. Onverwachts een groot bedrag op je rekening veroorzaakt een glimlach, maar het kan je niet echt geluk geven. Als iemand je aanraakt prikkelt dat je lichaam en je hart, maar het zal je nooit vervuld achter laten. Geld heeft de macht iets te veranderen in je leven, maar het is niet in staat om je tot een beter persoon te maken.

Of je het door hebt of niet, ieder mens leeft op zoek naar een redder. We zijn allemaal in beweging op zoek naar identiteit, naar innerlijke vrede, naar zin. En we zoeken het altijd ergens. Dit is de boodschap: wanneer je van de schepping verwacht wat alleen de Schepper je kan geven, kom je altijd uit in een of andere verslaving. Datgene waarvan jij hoopte dat het jou zou dienen, zuigt jou in zijn dienst. Wat vrijheid leek loopt uit op slavernij. Die dingen uit de schepping zijn niet het probleem; wat jij ervan verwacht is het probleem.

Paul David Tripp (mijn vertaling)